Peperspray is geen wondermiddel
Artikel 11 van de grondwet bepaalt dat "eenieder het recht heeft op de onaantastbaarheid van zijn lichaam". In de Politiewet is vastgelegd dat de politie bevoegd is "in de rechtmatige uitoefening van zijn bediening geweld te gebruiken, wanneer het beoogde doel dit, mede gelet op de aan het gebruik van geweld verbonden gevaren, rechtvaardigt en dat doel niet op een andere wijze kan worden bereikt." De "gewone" politieman in Nederland is uitgerust met een korte wapenstok en een pistool. In de loop der jaren is steeds vaker geroepen dat er een "gat" bestaat tussen wapenstok en pistool. Niet iedereen is het met die opvatting eens en ook binnen de politie zijn velen van mening dat een veilig en verantwoord politie-optreden vooral afhangt van een professionele aanpak van potentieel gevaarlijke situaties en niet van de beschikbaarheid van een nieuw geweldmiddel. Anderen vinden dat peperspray een goed middel zou zijn om het "gat" op te vullen. Ook de koningin bleek te vinden dat de politie zo snel mogelijk moet kunnen beschikken over peperspray. Peperspray zou het ideale middel zijn om zonder nadelige gevolgen lastige verdachten aan te houden. Is peperspray een wondermiddel?
Peperspray is een natuurlijk voorkomend product uit planten die wereldwijd voor consumptie worden gebruikt (bijvoorbeeld in chili en tabasco). Als iemand met peperspray in zijn gezicht gespoten wordt begint hij heftig te tranen, zijn ogen gaan dicht en hij is tijdelijke verblind. Er ontstaat een sterk branderig, pijnlijk gevoel op de huid. Er treedt een kortdurende verlamming van de keel op die leidt tot kortademigheid. De persoon die bespoten is trilt over zijn hele bovenlichaam en heeft gevoelens van desoriëntatie en paniek. De reacties zijn na drie kwartier tot een uur verminderd, vooral na spoelen van het gezicht met koud water. De vereiste nazorg leidt ertoe dat de agent die gesprayd heeft een tijdlang "uitgeschakeld" is (tenminste een uur). Gebruik van peperspray is een ingrijpend middel vanwege de heftige reacties en de gevoelens van paniek die op treden.
De effecten van peperspray maken het agenten makkelijker een verdachte onder controle te krijgen of een bedreiging doeltreffend af te weren. Maar peperspray werkt niet altijd: bijna een-derde van alle verdachten die gesprayd wordt biedt nog weerstand en soms helpt peperspray helemaal niet bij de aanhouding. Peperspray werkt vooral minder goed bij agressieve, doelgerichte verdachten, zwaarlijvige verdachten en verdachten onder invloed van geneesmiddelen of drugs. Hoewel sommige voorstanders peperspray graag afschilderen als een alternatief voor het vuurwapen is het bij acute dreiging niet verstandig op het effect van de spray te vertrouwen (omdat het soms gewoon niet werkt). In de praktijk is peperspray in landen waar het gebruikt wordt een alternatief voor gebruik van een wapenstok en voor fysiek geweldgebruik, zeker niet voor het vuurwapen. Dat neemt niet weg dat in sommige gevallen gebruik van peperspray kan voorkomen dat een situatie zodanig escaleert dat de politie het vuurwapen zou moeten gebruiken. Het tonen van de spray of er mee dreigen is soms voldoende om een verdachte op andere gedachten te brengen.
Uit onderzoek is gebleken dat het gebruik van peperspray kan leiden tot een afname van het geweldgebruik tegen de politie, een afname in letsel bij verdachten en een afname van het aantal klachten over politieel geweldgebruik. Maar er zijn ook geluiden over misbruik en over medische risico's, zelfs doden, na gebruik van peperspray. Het lijkt erop dat bij zorgvuldig gebruik en juiste nazorg het gebruik van peperspray geen medische risico's oplevert en niet tot blijvend letsel leidt. Het feit dat tot nog toe alleen vanuit Amerika gevallen bekend zijn geworden van overlijden na (niet door) gebruik van peperspray heeft vermoedelijk alles te maken met in Amerika gebruikelijke controletechnieken en de wijze waarop peperspray in Amerika is ingevoerd: vaak zonder duidelijke richtlijnen en met onderschatting van de noodzaak van training en nazorg.
Het gebruik van peperspray heeft vaak ook gevolgen voor derden of politiemensen zelf. In 5 tot 15% van de gevallen hebben de agent, een collega of onschuldige omstanders ook last van de spray. Soms hebben agenten er zoveel last van dat zijzelf verblind zijn of niet meer tot handelen in staat: in dat geval kunnen gevaarlijke situaties ontstaan.
Wondermiddelen bestaan niet en peperspray kan alleen als aan strikte voorwaarden voldaan wordt mogelijk een geschikt middel zijn voor gebruik in de Nederlandse politiepraktijk. De belangrijkste randvoorwaarden zijn: toepassing van een concentratie die effectief genoeg is om controle over een verdachte te verkrijgen zonder dat de verdachte langer dan strikt noodzakelijk last heeft van de gevolgen, opstelling en hantering van duidelijke richtlijnen met betrekking tot gebruik en te verlenen nazorg, voldoende en regelmatige training, registratie van het gebruik en de gevolgen van het gebruik en de uitvoering van evaluatieonderzoek naar de effecten van invoering. In de richtlijnen moet in elk geval staan dat peperspray alleen gebruikt mag worden tegen individuen en nadat zo mogelijk een waarschuwing is gegeven, dat peperspray niet gebruikt mag worden tegen kinderen, bejaarden, vrouwen waarvan bekend is dat ze zwanger zijn, mensen waarvan bekend is dat ze ademhalingsproblemen hebben. Na gebruik van de spray dient onmiddellijk de juiste nazorg verleend te worden.
Peperspray is duidelijk geen wondermiddel en alleen invoering van een nieuw geweldmiddel leidt nog niet tot een meer professionele aanpak van potentieel gevaarlijke situaties.
Dit artikel is op 7 augustus 1999 gepubliceerd op de opiniepagina van het Eindhovens Dagblad